Voor voertuigen zijn er twee hoofdtypen transmissie: handgeschakeld en automatisch.
Er zijn verschillen tussen een handgeschakelde en automatische versnellingsbak De versnellingspook aan de bestuurderskant is bijvoorbeeld niet hetzelfde en is er geen koppelingspedaal. Handgeschakelde versnellingsbakken hebben doorgaans 5 tot 7 versnellingen, automatische versnellingsbakken tot 10.
Een hydraulische koppelomvormer fungeert als platenkoppeling, die slipt en een vloeistof gebruikt om het motorkoppel over te brengen. In de praktijk kan met gekoppelde planeetwielkasten automatisch worden geschakeld, dankzij een elektronische en hydraulische regeling die bepaalt wat de beste versnelling is.
Deze keuze wordt gemaakt op basis van verschillende criteria: de stand van het gaspedaal, maar ook die van de versnellingspook (comfort, sport, sneeuw, achteruit, normaal, enz.) en niet te vergeten de rijsnelheid van het voertuig en de motorbelasting. Er zijn andere, veel specifiekere criteria, maar die zijn minder belangrijk.
Er zijn verschillende automatische versnellingsbakken op de markt:
Terwijl een handgeschakelde versnellingsbak tussen 5 en 7 versnellingen heeft, kan een automatische versnellingsbak tot 10 versnellingen hebben. Maar omdat de versnellingen zelf schakelen, heeft de automatische versnellingsbak in feite niet echt 10 standen.
De automatische versnellingsbak heeft in principe vier hoofdstanden:
Afhankelijk van het type voertuig zijn andere standen mogelijk, zoals S (sport), W (winter) en B voor 'brake', een soort motorrem die in Toyota voertuigen voorkomt.
In het algemeen heeft een automatische versnellingsbak een lange levensduur, die gelijk is aan die van het voertuig. Hij moet alleen regelmatig worden afgetapt. Er kunnen echter tekenen van slijtage optreden. Het rijcomfort zal dan sterk achteruitgaan. Bovendien kan het gevaarlijk zijn om een auto met een defecte versnellingsbak te besturen, ongeacht of het een automaat of handgeschakeld model is.
De belangrijkste tekenen van een defecte automatische versnellingsbak zijn:
Een automatische versnellingsbak moet gemiddeld om de 2 jaar of 25.000 tot 50.000 kilometer worden vervangen. Deze termijn varieert nogal en is afhankelijk van andere criteria: raadpleeg vooral het onderhoudsboekje van het voertuig om dit te controleren.
Eén van de te volgen aanbevelingen is echter dat u zelf het oliepeil in de versnellingsbak regelmatig dient te controleren. De olie zorgt voor een goede smering van de onderdelen van de versnellingsbak. Er is een aanzienlijke hoeveelheid nodig voor een goede werking ervan.
Het oliepeil in een automatische versnellingsbak wordt op dezelfde manier gecontroleerd als in een handgeschakelde versnellingsbak. Dit doet u als de motor koud is; u opent dan gewoon de olievuldop, die zich meestal aan de achterkant van het motorblok bevindt. Een goed oliepeil betekent dat de olie bovenaan zit, net onder de dop.